Côte Chalonnaise

De Côte Chalonnaise produceert delicate witte en robijnrode wijnen. Het landschap is er wat minder ruig dan in de iets noordelijker gelegen Côte de Beaune en Côte de Nuits. 

In dit gebied zijn gerenommeerde AOC-wijnen te ontdekken. De dorpjes Bouzeron, Givry, Mercurey, Montagny en Rully brengen een AOC Villages voort waaronder een aantal Premier Crus. De Pinot Noir en de Chardonnay druif domineren. In Bouzeron wordt de enige AOC Village wijn gemaakt van de Aligoté druif.

Dit gebied is ook de bakermat van de Crèmant de Bourgogne: handelaren uit Chalon-sur-Saône, met wijngaarden in Rully en Mercurey, lieten in 1822 een jongeman uit de Champagne overkomen om hen te leren hoe een mousserende wijn te produceren. Rully is nog altijd een belangrijk productiecentrum van Crèmant de Bourgogne.

De Côte Chalonnaise ligt in het verlengde van de Côte de Beaune, tussen de valleien van de Dheune en de Grosne, en loopt door tot de bergen van de Mâconnais. Het is een wijnstreek met een lengte van circa 30 kilometer en een breedte van 7 kilometer. De grond wisselt: kalksteenrotsen, zand, klei met vuursteen, en mergelachtig. De witte wijnen komen vooral van de kleiachtige kalkgronden en de rode wijnen van de gronden met minder klei. 

De hellingen in dit heuvelachtige landschap zijn zuidoostelijk georiënteerd. Door de warme zomer en de droge herfst rijpen de druiven gemakkelijk.

Verken deze streek door de Wijnroute Côte Chalonnaise en Couchois te volgen. 

Bron: Bureau Interprofessionel des Vins de Bourgogne.