De Coteaux du Giennois, in de Centre-Loire, telt 34 wijnboeren. Het gebied strekt zich uit over bijna 50 kilometer tussen Gien en Cosne-sur-Loire. Het omvat 179 hectaren aan wijngaarden en is verspreid over14 gemeenten: Beaulieu, Bonny, Gien, Briare, Ousson, Neuvy, Saint-Loup, Thou, Alligny, La-Celle-sur-Loire, Cosne-sur-Loire, Myennes, Pougny, Saint-Père.
Het is een wijngebied met een lange geschiedenis. In 849 bevestigde koning Karel de Kale een schenking van huizen en wijngaarden, afkomstig van de bisschop van Auxerre, aan het College van de Saint-Laurent kerk in Cosne. In 1218 werden de wijnen uit de Giennois gekocht voor het hof van koning Philips II in Parijs. De bisschop van Auxerre liet tussen 1254 en 1262 in Cosne een prachtig kasteel bouwen met een grote kelder en met wijngaarden.
In het gebied werden vele abdijen gesticht. Zij droegen bij aan de uitbreiding van de wijnbouw. De cisterciënzer abdij van Roche in Myennes en de Commanderie van de Tempeliers waren zeer invloedrijk. Destijds vielen ook de wijngaarden van de beroemde abdij van Fleury in Saint-Benoît-sur-Loire onder de Coteaux du Giennois.
Sinds 1998 heeft het gebied het AOC-keurmerk. De Coteaux du Giennois ontwikkelde zich dankzij een nieuwe generatie wijnbouwers die grote investeringen hebben gedaan in hun wijngaarden en hun kelders om kwaliteitswijnen te kunnen maken.