Châtillonnais

Dit gebied rondom Châtillon-sur-Seine, ten noordwesten van Dijon, is niet het enige in Bourgondië waar mousserende wijnen worden gemaakt. Maar het geldt wel als het koninkrijk van de Crémant de Bourgogne. In deze streek is ook de Vaas van Vix (6^e eeuw voor Christus), de grootste wijnvaas uit de geschiedenis, gevonden.

Meer dan 2000 jaar geleden had de Châtillonnais al wijngaarden. In de 11^e eeuw waren het de monniken van de cisterciënzer Abdij van Molesme (net als de abdij van Cîteaux gesticht door Robert de Molesme) die zich ontfermden over de wijnbouw in deze streek.

Vanaf de middeleeuwen tot aan de 19^e eeuw hadden de wijnen uit de Châtillonnais een goede reputatie. Net als elders in Bourgondië, trad ook hier het verval in door de phylloxera en de wereldoorlogen. 

Sinds de jaren ’80 van de vorige eeuw is de wijnbouw in de omgeving van Châtillon-sur-Seine weer hervat. In dit deel van Bourgondië is overigens nog steeds ruimte voor mensen die zelf een wijngaard willen aanleggen. Een aantal wijnhuizen draagt de naam van de Belgische families die in de vorige eeuw, met name tijdens de eerste wereldoorlog, emigreerden naar Frankrijk. 

Veel crémant huizen zijn te bezoeken. Het zijn authentieke ontmoetingen met de wijnboeren en hun gezinsleden. Terwijl in andere delen van Bourgondië vaak toeristische rondleidingen zijn opgezet, maken bezoekers hier vooral kennis met de wijnboeren zelf. Omdat ze ook vaak druk zijn op het land, wordt het zeer op prijs gesteld wanneer u vooraf een afspraak maakt. 

Behalve Crémant de Bourgogne produceert deze streek ook witte en rode wijn alsmede rosé. De wijnstokken groeien op een kalkrijke bodem die 150 miljoen jaar geleden is ontstaan. De harde kleiachtige kalkgrond geeft de wijnen een subtiel aroma. De wijnbouw in de Châtillonnais beslaat circa 250 hectare.

Bron: ©Bureau Interprofessionel des Vins de Bourgogne