De spoorlijn tussen Epinac en Dijon dateert uit 1830 en is daarmee één van de oudste van Frankrijk. Op een deel ervan, namelijk tussen Bligny-sur-Ouche en Pont-d’Ouche, rijdt in het toeristenseizoen twee keer per dag een oude stoomtrein van de CFVO (Chemin de Fer de la Vallée d’Ouche).
De organisatie heeft meerdere stoomlocomotieven. Vlak voor vertrek bepalen de machinisten zelf welke ze die dag zullen gebruiken. De oudste locomotief die op dit traject wordt ingezet, is in 1910 gemaakt.
Het ritje gaat door de Vallei van de Ouche. Onderweg komt men langs enkele spoorwachtershuisjes en langs het kasteel en de kapel van Thorey-sur-Ouche. Eindpunt is het plaatsje Pont-d’Ouche dat aan de rivier de Ouche ligt. Het tochtje heen en weer is 14 kilometer en neemt ongeveer anderhalf uur in beslag.
Wie ’s middags de eerste trein neemt, kan in Pont d’Ouche uitstappen om wat te drinken of even rond te kijken, alvorens met de volgende trein weer terug te reizen. Vanaf het stationnetje is het een klein stukje naar het Canal de Bourgogne dat tussen 1778 en 1832 werd aangelegd. Het plaatsje heeft een haventje en een 15 meter lange brug die het kanaal over de rivier leidt.
De stoomtrein rijdt van mei tot en met september twee keer per dag op zondagen en feestdagen. In juli en augustus is dit ritje van maandag tot en met zaterdag te maken met een dieseltrein. Zie voor actuele tijden en toegangsprijzen de website. In de loop van 2022 wordt het mogelijk om via de website te reserveren.
Het stationnetje van Bligny-sur-Ouche is wel toegankelijk voor rolstoelen, maar het stationnetje van Pont d’Ouche niet.