De Cité Internationale de la Gastronomie et du Vin is opgezet nadat de gastronomische Franse maaltijden en de wijnbouwcultuur in dit gebied waren toegevoegd aan de UNESCO Werelderfgoedlijst. Het moderne complex in de binnenstad van Dijon is helemaal gewijd aan eten en drinken. Een deel ervan is ingericht als museum.
Doel van de Cité is het verder laten leven van de gastronomische waarden van het land. De Franse maaltijden gelden als bijzonder. Hun 1.000 jaar oude gastronomische traditie versterkt sociale banden. De Fransen delen hun recepten en kookkunsten, zijn in staat om goede producten uit te kiezen, weten een passende wijn te schenken, en kunnen een gezellige feestelijke maaltijd verzorgen. In 2010 bevestigde de UNESCO de waarde hiervan: de gastronomische maaltijd van de Fransen werd officieel erkend als immaterieel cultureel erfgoed van de mensheid.
In 2015 volgde de erkenning van de climats, de 1.247 kleine wijngaarden van Bourgondië met z’n vele Grand Crus: Gevrey-Chambertin, Vosne-Romanée, Meursault… Ze vormen een lint van 40 kilometer in de Côte de Beaune en de Côte de Nuits, tussen Dijon en Santenay. Door ze tot werelderfgoed te verheffen, erkende de UNESCO het 2000 jaar oude Bourgondische wijnbouwmodel. Dat bestaat uit een mozaïek van kleine wijngaarden die door onderlinge verschillen in bodem, blootstelling aan de zon, en de persoonlijke keuzes van de wijnboer allemaal hun eigen specifieke kwaliteitswijn produceren. Ook de oude binnenstad van Dijon hoort tot het werelderfgoed: van hieruit werd immers het systeem met climats bevorderd.
De hoofdstad van Bourgondië heeft een uitstekende gastronomische reputatie: restaurants met Michelin sterren, zeer levendige markthallen, specialiteiten als mosterd, crème de cassis, kruidkoek… Dijon beschikt tevens over een bibliotheek met een verzameling van 17.000 menu’s, food opleidingen, en de enige universiteit ter wereld met een UNESCO leerstoel “Wijncultuur en -tradities”. In maart 2023 kwam Dijon als gastronomische hotspot op de lijst van het Amerikaanse TIME Magazine als één van de 50 World’s Greatest Places van dat jaar.
De Cité Internationale de la Gastronomie et du Vin is gebouwd op de plek waar eerder het universiteitsziekenhuis van Dijon stond. Enkele historische monumenten waaronder twee kapellen en een apotheek, zijn daarbij bewaard gebleven.
Interessant voor toeristen zijn vooral de exposities en het gastronomisch winkeldorp. Er worden vaste en tijdelijke tentoonstellingen gehouden die behalve in het Frans ook in het Engels zijn. In het gastronomisch dorp, met een omvang van 5.000 m2, zijn onder andere ambachtelijke streekproducten te koop. Maar men kan er ook rondsnuffelen in een gastronomische boekwinkel of keukengerei kopen. Uiteraard is op het terrein een gastronomisch restaurant gevestigd. Ook is er een wijnkelder waar (tegen betaling) de lekkerste wijnen zijn te proeven. Verder worden er allerlei culinaire workshops gehouden.