Domaine Bouhélier

Hoewel ze geen van beiden uit een familie van wijnbouwers kwamen, hebben Sylvain en Anne Bouhélier het toch aangedurfd om een wijndomein op te zetten. In 1988 plantten ze hun eerste wijnranken in Chaumont-le-Bois. Kort daarvoor, in 1986, was bepaald dat de wijnen uit de Châtillonnais voortaan ook in aanmerking konden komen voor het keurmerk AOC Bourgogne (Appellation d’Origine Contrôlée).

De eerste oogst van Domaine Bouhélier was in 1990. Inmiddels heeft de familie 7 hectaren aan wijngaarden, verdeeld over de dorpen Chaumont-le-Bois, Noiron-sur-Serein, Gomméville, Griselles en Vix. Ze verbouwen met name Pinot Noir en Chardonnay druiven, maar hebben ook een klein perceel met Pinot Blanc druiven.

Dit wijnhuis produceert vooral Crémant de Bourgogne. Doordat ze lang mogen rijpen, verkrijgen de crémants hun kwaliteit, finesse en elegantie. Daarnaast worden er ook witte en rode wijnen, rosé, ratafia en Vieux Marc gemaakt. Een deel ervan is in de afgelopen jaren bekroond met prijzen. In de eigen destilleerderij wordt bovendien brandewijn gestookt. En er is een fruitpers beschikbaar om vers geoogst fruit te verwerken tot sap: in principe kan iedereen er terecht om eigen fruit te laten persen.

De familie Bouhélier verwelkomt klanten in de wijnkelder uit de 17^e eeuw. Proeven mag en voor kinderen kan huisgemaakte appelsap worden geschonken. Op afspraak kunnen uitgebreidere proeverijen of excursies worden georganiseerd. Behalve voor wijnen hebben ze bij Bouhélier immers ook een passie voor het gebied waar ze wonen. Als officieel gids van de streek kunnen ze alles vertellen over de Châtillonais. Uiteraard is het thema wijnbouw daarbij hun specialiteit.

Houd ook nog wat tijd vrij om na het inkopen van wijn een kijkje te kunnen nemen in het kleine museum van de wijnmaker. Dat is ingericht met voorwerpen die de wijnboeren uit de streek gebruikten voordat de phylloxera druifluis eind 19^e eeuw hun wijngaarden vernietigde. Ook zijn er gereedschappen te zien van de tonneliers, de vatenmakers. In de Châtillonnais, met z’n eikenbossen, werden in het verleden heel wat wijnvaten geproduceerd. Het museum is gratis toegankelijk.

De wijnkelder en het museum zijn op zaterdagmiddagen te bezoeken. In juli en augustus zijn ze van maandag tot en met zaterdag elke middag open. Daarbuiten kan op afspraak een bezoek worden ingepland. Er wordt Engels gesproken.